Extra financiering voor start-ups en scale-ups is niet nodig in Nederland
Het kabinet-Schoof werkt momenteel aan de oprichting van een Nationale Investeringsbank. Deze bank moet iets doen aan het gebrek aan financiering voor start-ups en scale-ups. Maar is er eigenlijk wel te weinig financiering?
Verscheen ook vandaag in ESB (8 oktober 2025)
De misgelopen productiviteitsgroei in Europa komt volgens Draghi (2024) voornamelijk doordat de Verenigde Staten een veel grotere, innovatievere en productievere tech-sector hebben. Om dit Amerikaanse succes hier te repliceren zet Nederlands beleid zich in om start-ups en scale-ups in de tech-sector te laten ontstaan en door te laten groeien.
Bij het stimuleren van start-ups en scale-ups krijgt het vermeende gebrek aan financieringsmogelijkheden de meeste beleidsaandacht. In de VS wordt er drie keer zoveel durfkapitaal geïnvesteerd als in de Europese Unie (Arampatzi et al., 2025) en volgens Techleap en NVP (2021) kampt Nederland met een gebrek aan investeerders in start-ups. Het kabinet-Schoof maakte al 900 miljoen euro extra beschikbaar voor Invest-NL en verkent momenteel de oprichting van een Nationale Investeringsbank (2025). In de laatste miljoenennota werd daarnaast 200 miljoen euro uitgetrokken om via het European Tech Initiative financieringsproblemen bij start- en scale-ups in Nederland te verhelpen.
Maar het verschil in geïnvesteerd durfkapitaal tussen de Verenigde Staten en de Europese Unie kan, zoals Draghi (2024) al erkende, ook komen door problemen aan de vraagkant: er zijn minder veelbelovende investeringsmogelijkheden en daardoor vinden er minder durfkapitaalinvesteringen plaats. Empirisch onderzoek, zoals dat van Ambrosio et al. (2021), dat dit kip-ei-probleem uit elkaar probeert te trekken door de beschikbaarheid van durfkapitaal en het aantal winstgevende bedrijven te vergelijken levert weinig op. De correlatie tussen beide variabelen is hoog en niet makkelijk uit elkaar te trekken. Om te beoordelen of de beschikbaarheid van durfkapitaal in Nederland echt een probleem is kijk ik in dit artikel daarom naar wat ondernemers zeggen over de beschikbaarheid van financiering én wat de markt zegt over verwachte rendementen.
Voldoende durfkapitaal in Nederland
Volgens ondernemers is financiering amper een probleem in Nederland. De toegang tot financiering wordt in Nederland, op Denemarken na, het minst genoemd als hindernis voor investeringen (EIB, 2023). Dit is niet verrassend. Nederland heeft een van de best ontwikkelde kapitaalmarkten van de Europese Unie (Van Dijk en Van Rijn, 2024). Kapitaal vindt met andere woorden zijn weg in Nederland en is op zoek naar investeringsmogelijkheden.
Er is geen direct aanwijsbare reden waarom dit kapitaal zijn weg niet zou kunnen vinden naar start-ups en scale- ups als het verwachte rendement hoog genoeg is. Sterker nog, er zijn zelfs anekdotische aanwijzingen dat er te veel durfkapitaal is. Durfkapitaalinvesteerder Prime Venture is gestopt met een fonds, omdat het geen geschikte investeringen kon vinden (FD, 2025). Het is dan ook dringen op de Nederlandse durfkapitaalmarkt: buitenlands durfkapitaal vindt steeds meer zijn weg naar Nederland. Bij grote financieringsrondes (meer dan 100 miljoen euro) waren tussen 2018 en 2023 bij 85 procent van de transacties internationale investeerders betrokken; bij kleinere rondes was dit tussen de 37 en 68 procent (Techleap, 2024).
Specifiek het bewijs dat er een gebrek aan financiering voor scale-ups zou zijn, is zwak. Deze claim wordt vaak gemaakt – in het interdepartementaal beleidsonderzoek naar bedrijfsfinanciering (IBO, 2024), in een brief van het Ministerie van Economische Zaken (Tweede Kamer, 2025) en in de verkiezingsprogramma’s van CDA en VVD (CDA, 2025; VVD, 2025) – maar deze publicaties bouwen alle voort op een rapport van Techleap (2024), waarin staat dat er in Nederland relatief weinig scale-ups (meer dan 10 miljoen euro funding) zijn in verhouding tot start-ups (100.000 tot 10 miljoen euro funding). Dit is echter een momentopname die weinig zegt over de vraag of start-ups daadwerkelijk doorgroeien tot scale-ups. En zelfs áls blijkt dat er minder doorgroei plaatsvindt, is dat op zichzelf geen bewijs dat dit komt door beperkte toegang tot financiering; het kan evengoed wijzen op andere groeibelemmeringen.
Wel zijn er in andere Europese landen slecht ontwikkelde kapitaalmarkten waar het aannemelijk is dat een gebrekkige durfkapitaalsector voor groeibelemmeringen bij bedrijven zorgt (EIB, 2025). Deze landen, vaak in Oost-Europa, lopen ook steeds verder achterop bij landen als Nederland en Denemarken in de ontwikkeling van hun kapitaalmarkten (New Financial, 2020). Draghi (2024) noemt dan ook de noodzaak om de kapitaalmarkten van de verschillende lidstaten meer te integreren zodat kapitaal deze landen ook bereikt. Maar als we kijken naar de Nederlandse kapitaalmarkt, wijst weinig hier op een probleem in het aanbod van kapitaal voor start-ups en scale-ups.
Gebrek aan rendement
Dat er weinig geïnvesteerd wordt in innovatie en technologie, kan ook komen omdat de investeringsmogelijkheden in Europa te weinig renderen. Het in Europa beschikbare kapitaal wordt dan niet in Europa ingezet, maar elders in de wereld. Deze verklaring lijkt plausibel.
Gros et al. (2024) tonen bijvoorbeeld in hun macroeconomische analyse dat de verwachte rendementen op investeringen in de Verenigde Staten sinds de eeuwwisseling – toen de Amerikaanse tech-sector sneller ging groeien – hoger liggen dan in de Europese Unie. Dit wijst erop dat er in de VS meer aantrekkelijke investeringsmogelijkheden zijn in verhouding tot het beschikbare kapitaal.
Er zijn verschillende verklaringen voor de relatief goede investeringsmogelijkheden in de Verenigde Staten. Allereerst kent Amerika een grote binnenlandse markt. Het verwachte rendement van een start-up stijgt als deze een grotere markt kan bedienen en zo snel kan schalen. De EU-markt is op papier dan wel groter dan de Amerikaanse, maar kent grote belemmeringen tussen de lidstaten. Het IMF (2024) rekende uit dat de bestaande belemmeringen tussen EU-lidstaten gelijk staat aan 40 procent invoerheffingen op goederen en 110 procent op diensten.
De investeringsmogelijkheden kunnen daarnaast in de Verenigde Staten ook beter zijn dan in de EU omdat de kosten van mislukking (cost of failure) in de EU hoger zijn (Coatanlem en Coste, 2024). Of omdat het lastig is om op Europese universiteiten ontdekkingen te commercialiseren (StepUp StartUps, 2025).
Bovendien is de andere productiefactor – niet kapitaal maar arbeid – in de VS ruimschoots beschikbaar. De VS onderscheidt zich van Nederland en andere Europese landen door zijn hoge beschikbaarheid van talent (OESO, 2025). De aanwezigheid van talent is cruciaal voor een sterk ondernemersklimaat (Qian et al., 2013). Met talent kan je nieuwe start-ups oprichten en techbedrijven moeten talentvolle werknemers aantrekken om door te kunnen groeien. De overvloed aan talent is onder andere toe te schrijven aan de topuniversiteiten in de VS, en aan Silicon Valley die als een magneet voor mondiaal talent fungeert. Veel succesvolle Amerikaanse techbedrijven zijn dan ook opgezet door migranten (Azoulay et al., 2022). Hoe belangrijk talent is voor tech-bedrijven, is ook terug te zien in het feit dat grote techbedrijven zich bij voorkeur ergens vestigen waar veel talent beschikbaar is. Zo koos Amazon als locatie voor zijn tweede hoofdkantoor niet de staat met de hoogste subsidies, maar voor Virginia met de hoogste concentratie technisch opgeleiden buiten de Westkust (Berube, 2018).
Een investeringsbank helpt niet
De vraag is of een publieke investeringsbank, zoals Invest-NL, in Nederland nodig is om start-ups te stimuleren. Het marktconforme kapitaal dat Invest-NL aanbiedt, kan wel toegevoegde waarde hebben als er financiële fricties zijn bij start-ups, bijvoorbeeld door informatie-asymmetrie. Het is echter de vraag hoe groot deze fricties zijn, en vervolgens of projectfinanciering door de overheid het meest doelmatige middel is om dit te verhelpen (CPB, 2024).
Een publieke investeringsbank kent daarnaast nadelen. Historisch gezien blijkt dat het vooral tot veel teleurstellingen heeft geleid als de overheid zich in de durfkapitaalmarkt mengt (Lerner, 2009). Er kunnen overigens wel andere redenen zijn voor een nationale investeringsbank, zoals het samenvoegen van regelingen onder één loket of het tegengaan van coördinatiefalen.
Nieuwe innovatieve bedrijven zijn bij het verhogen van de productiviteit cruciaal. Maar de Nederlandse overheid kan de start-upsector waarschijnlijk beter stimuleren met ander beleid. Zo kan zij inzetten op het versterken van het ecosysteem (OESO, 2025), het opleiden en aantrekken van talent (Van Dijk, 2025) en het investeren in universiteiten en een betere valorisatie van hun onderzoek (Birch, 2023). Daarnaast kan Nederland bredere groeibelemmeringen aanpakken, bijvoorbeeld door de Europese interne markt verder te integreren (Letta, 2024).
Literatuur
Ambrosio, F., A. Brasili en K. Niakaros (2021) European scale-up gap: Too few good companies or too few good investors? Directorate-General for Research and Innovation, Working Paper, 2021/02.
Arampatzi, A.-S., R. Christie, J. Evrard et al. (2025) Capital markets union: a deep dive – Five measures to foster a single market for capital. ECB Occasional Paper, 369.
Azoulay, P., B.F. Jones, J.D. Kim en J. Miranda (2022) Immigration and entrepreneurship in the United States. The American Economic Review: Insights, 4(1), 71–88.
Berube, A. (2018) For Amazon, HQ2 location decision was about talent, talent, talent. Brookings Institution, 13 november.
Birch (2023) Valorisatie: leren van praktijken wereldwijd: Case studies met lessen voor Nederland. Birch Rapport, 29 november. Te vinden op www.rijksoverheid.nl.
CDA (2025) Initiatiefnota Ruimte voor Investeren in de toekomst van Nederland. Kamerstuk, 36730 nr. 2. Te vinden op www.tweedekamer.nl.
Coatanlem, Y. en O. Coste (2024) Cost of failure and competitiveness in disruptive innovation. Institute for European Policymaking, Università Bocconi, Policy Brief, 25. Te vinden op iep.unibocconi.eu.
CPB (2024) Publieke projectfinanciering: wanneer en hoe? CPB, maart.
Dijk, J.H. van (2025) Het nieuwe vestigingsbeleid vraagt om een focus op talent. Het Financieele Dagblad, 18 januari.
Dijk, J.H. van, en J. van Rijn (2024) Naar een Europese Kapitaalmarktunie. IPE Rapport, 29 januari. Te vinden op www.instituut-pe.nl.
Draghi, M. (2024) The future of European competitiveness. Europese Commissie Rapport, september. Te vinden op commission.europa.eu.
EIB (2025a) EIB Investment Survey 2024: European Union Overview. EIB, 23 oktober.
EIB (2025b) Innovation, integration and simplification in Europe. EIB Rapport.
FD (2025) Techinvesteerder vindt bedrijven te duur en geeft inleg terug aan geldschieters. Het Financieele Dagblad, 14 januari.
Gros, D., P.-L. Mengel en G. Presidente (2024) What investment gap? Quality instead of quantity. Institute for European Policymaking, Università Bocconi, Policy Brief, 22. Te vinden op iep.unibocconi.eu.
IBO (2024) Kies voor baten: IBO Bedrijfsfinanciering. Interdepartementaal Beleidsonderzoek, 13 juni. Te vinden op www.rijksoverheid.nl.
IMF (2024) Europe’s choice: Policies for growth and resilience. IMF Nieuwsbericht, 16 december.
Lerner, J. (2009) Boulevard of broken dreams: Why public efforts to boost entrepreneurship and venture capital have failed – and what to do about it. Princeton: Princeton University Press.
Letta, E. (2024) Much more than a market. Europese Raad, Rapport, april. Te vinden op www.consilium,europa.eu.
Nationale Investeringsbank (2025) Nederland heeft (urgent) een nationale investeringsbank nodig. Nationale Investeringsbank, Publicatie, 26 maart.
New Financial (2020) A reality check on capital markets union: Analysis of the progress so far and the new CMU action plan. New Financial, Rapport, november.
OESO (2025) Entrepreneurial ecosystem diagnostics. OECD Studies on SMEs and Entrepreneurship. Parijs: OECD Publishing.
Qian, H., Z.J. Acs en R.R. Stough (2013) Regional systems of entrepreneurship: The nexus of human capital, knowledge and new firm formation. Journal of Economic Geography, 13(4), 559–587.
StepUp StartUps (2025) Spin-offs: Driving innovation across the EU-27. Shaping Europe’s digital future, Rapport, 25 februari. Te vinden op digital-strategy. ec.europa.eu.
Techleap (2024) State of Dutch tech 2024. Techleap Rapport.
Techleap en NVP (2021) The untapped potential of Dutch venture capital: Why pension funds should seize the moment. Techleap en Nederlandse Vereniging van Participatiemaatschappijen. Te vinden op www.nvpportal.nl.
Tweede Kamer (2025) Het Nederlandse startup en scale-up ecosysteem in internationaal perspectief. Kamerbrief Ministerie van Economische Zaken, DGBI-O /97979462.
VVD (2025) Radicaal kiezen voor groei. VVD Nieuws, 23 april.