Het doolhof van de toeslagen: waarom hervorming steeds mislukt
Steeds meer Nederlanders raken verstrikt in het web van toeslagen. De Dienst Toeslagen moet steeds vaker grote bedragen terugvorderen en het aantal huishoudens met langdurige toeslagenschulden is bijna verdrievoudigd sinds corona.[1] Hoe kan dat? Al vier jaar probeert de overheid het toeslagenstelsel te hervormen. Dit voornemen stond zowel in het coalitieakkoord van Rutte IV als in het regeerprogramma van kabinet Schoof, met brede steun van de Tweede Kamer. Zowel dit jaar als vorig jaar stemden alle 150 Kamerleden in met een motie om het stelsel te vereenvoudigen. Maar van die hervorming is weinig terechtgekomen. Het belangrijkste wapenfeit is een aangekondigde hervorming van de kinderopvangtoeslag, die keer op keer wordt uitgesteld. Verder gebeurt er bar weinig. Sterker nog: de afgelopen twee kabinetten hebben meermaals de toeslagen verhoogd.[2] Daarmee nam de kans op fouten, schulden en terugvorderingen juist toe.
Dit artikel verscheen in het AD (14 november 2025)
De aandacht verslapt
De media-aandacht voor het toeslagenschandaal lijkt steeds langer geleden. De formatietafel puilt uit van andere urgente problemen, van woningnood tot stikstof. En anders dan in 2021 klotst het geld deze keer niet tegen de plinten. Het risico is reëel dat de hervorming van het toeslagenstelsel van de agenda verdwijnt.
Dat zou een vergissing zijn. Want het Nederlandse inkomens- en armoedebeleid is veel te ingewikkeld. Het is bedoeld om mensen met een laag inkomen te helpen. Mensen die dagelijks moeten overleven, werk zoeken, rondkomen met weinig geld, en omgaan met stress, schaamte en onzekerheid. Maar juist deze groep heeft te maken met een beleid dat als een bureaucratisch doolhof is ingericht.
We hebben de hulp voor kwetsbare huishoudens opgebouwd uit een stapeling van landelijke én lokale regelingen. Die moeten burgers zelf aanvragen, zelf bijhouden, en zelf corrigeren als hun situatie verandert. De gevolgen laten zich raden: mensen laten geld liggen, komen in de knel door terugvorderingen en raken verstrikt in procedures.
Ook de overheid zelf loopt vast. Beleidsmakers verliezen het overzicht en uitvoeringsorganisaties raken overbelast. De complexiteit maakt het vrijwel onmogelijk om beleid nog eerlijk en uitvoerbaar te houden. Zo ontstaan er onbedoelde bijeffecten van beleid en willekeurige verschillen tussen burgers.
Holle retoriek en harde keuzes
De goede bedoelingen van politici zijn er wel. In de verkiezingsprogramma’s van D66, VVD, GroenLinks-PvdA, CDA en JA21 klinkt dezelfde belofte: “We schaffen het doolhof van de toeslagen af”, “Uiteindelijk willen we af van het toeslagenstelsel”, “Daarom maken we toeslagen stap voor stap overbodig”, “We gaan daarom door met de vereenvoudiging van het stelsel van belastingen en toeslagen en inkomensregelingen” en “Een nieuw toeslagensysteem introduceren dat het huidige onbegrijpelijke en complexe toeslagenstelsel vervangt”.
Maar holle retoriek ligt op de loer. Want een hervorming lukt alleen als de politiek ook de bijbehorende uitruilen durft te accepteren. Een eenvoudiger systeem waarin de overheid verantwoordelijkheid neemt, biedt zekerheid en voorspelbaarheid voor burgers. Maar het betekent óók dat politici niet meer tot op de millimeter de koopkracht kunnen sturen — en dat er mogelijk extra geld nodig is om te voorkomen dat de laagste inkomens erop achteruitgaan.
Dat vraagt om politieke moed. Want keuzes voor eenvoud betekenen vaak dat iets anders moet wijken: misschien moet het minimumloon omhoog, kan de huurtoeslag niet meer afhangen van de werkelijke huur en moeten gemeenten iets aan autonomie inleveren om lokale armoederegelingen begrijpelijk te maken.
Kleine stappen, groot verschil
Toch is verandering wél mogelijk — als we klein beginnen. Er liggen concrete, haalbare stappen voor het grijpen: De zorgtoeslag is de toeslag die relatief het meest eenvoudig is af te schaffen. Dit staat ook in de doorrekening van GL-PvdA, D66 en JA21; en kan worden gecompenseerd door de basisverzekering goedkoper te maken. Daarnaast willen D66, GL-PvdA, CDA en JA21 het kindgebonden budget (kgb) en de kinderbijslag samenvoegen of afschaffen. Hier kunnen we een inkomensonafhankelijke ‘kindertoeslag’ van maken. Ook kunnen de bestaande aftrekposten en heffingskortingen worden versimpeld.
Tijd voor afspraken, niet voor intenties
De afgelopen jaren hebben we gezien wat er gebeurt als we hervormingen overlaten aan goede bedoelingen. “We willen van de toeslagen af” is geen plan, maar een wens. Wat nodig is, zijn afspraken — harde, meetbare afspraken in een regeerakkoord — over de stappen die gezet worden, de middelen die daarvoor nodig zijn en de grenzen aan de politieke micromanagement van koopkracht.
Pas als die uitruilen eerlijk op tafel komen, kunnen we het toeslagenstelsel werkelijk achter ons laten. Anders blijven we nog jaren ronddwalen in hetzelfde doolhof.
Voetnoten
[1] https://nos.nl/artikel/2587625-terugbetaling-toeslagen-leidt-steeds-vaker-tot-problemen-bij-burgers
[2] https://www.nrc.nl/nieuws/2025/10/28/armoede-inderdaad-historisch-laag-vooral-door-hogere-toeslagen-a4911123
